Triomf! de Heer’ behoedt Zijn Kerk:
Zijn arm, der bozen macht te sterk,
Blijft zeeg’nend haar bewaken;
Zij blijft Zijn lichaam, Hij haar Hoofd;
De Heer’ zal doen wat Hij belooft
En nooit Zijn werk verzaken.
Het nevelgrauw der dwaling week,
De macht van ’t bijgeloof bezweek,
De Kerk stond als herboren;
De bron der waarheid vloeide weêr:
Op, Gods gemeente! loof de Heer’,
Laat d’ aard uw danklied horen!
Geef, Heer’! dat w’ in Uw waarheid staan,
In ’t licht, zo heerlijk opgegaan,
Met onze kind’ren wand’len!
Hervorm ons hart door Uwe Geest,
En loov’ en dank’ U elk het meest
In denken, spreken, hand’len!
Uw woord, waarvoor ons voorgeslacht
Zijn goed en bloed ten offer bracht,
Is d’ edelst’ aller gaven;
Wie hongert? Hier is ’t levensbrood!
Wie dorst? Hier is in stervensnood
De bron, die hem zal laven!
Hervormde bundel, 1938
Ds. W.L. Tukker: Krachteloos maken van het Evangelie (2)
In 1982 schreef ds. W.L. Tukker een artikel in De Waarheidsvriend dat tot op de dag van vandaag niets aan...