Je kunt Gods nabijheid bijzonder ervaren, maar dat gevoel kun je niet vasthouden. Dat hoeft ook niet. Wie nabij Christus was, mag vervolgens weer het leven in om daar te dienen. Charles Haddon Spurgeon geeft daar onderwijs over, aan de hand van de geschiedenis van een man die was verlost van demonen. Hij wilde met Jezus mee, maar Die zei dat hij moest blijven op de plek waar hij was. Daar God dienen, dat was de opdracht.
Pas gered
Indien u pas gered bent, verwacht ik dat er een verlangen in uw hart is om altijd bij Christus te zijn. Ik zal u vertellen in welke vorm dit verlangen waarschijnlijk zal verschijnen. U voelt zich zo gelukkig, zo vol vreugde, het was zo’n gezegende ervaring, dat u tegen uzelf zegt: “Het spijt me dat het voorbij is. Ik had gewild dat het samenzijn met Jezus de hele nacht en de volgende dag had voortgeduurd, ja, dat het geen einde had gehad.” U denkt dan net als Petrus, die het wou dat er drie tabernakels op de heilige berg zouden worden gebouwd om daar de rest van zijn leven door te brengen. Maar dat is niet mogelijk; het helpt niet of u dat wenst. U moet terug naar huis, naar die drinkende man of die scheldende vrouw, naar die goddeloze vader of die onvriendelijke moeder. U kunt dat samenzijn met Christus niet altijd ervaren.
Misschien hebt u een ander idee over wat het is om met Christus te zijn. U voelt zich zo gelukkig wanneer u alleen kunt zijn om in de Bijbel te lezen, over dingen na te denken en uw ziel in gebed uit te storten. En u zegt: “Heere, ik wens dat ik altijd zou kunnen doen wat ik nu doe; ik zou altijd wel in deze bovenkamer willen zijn om de Schriften te onderzoeken en gemeenschap met U te hebben.” Ja, ik geloof dat wel, maar dat kan niet altijd. De sokken van de kinderen moeten worden gestopt, er moet een knoop worden aangenaaid, allerlei kleine huishoudelijke taken moeten worden gedaan. En daar mag u niets van achterwege laten. Alles wat er in het huishouden moet gebeuren, moet met toewijding gedaan worden. Misschien zou u wel willen dat u morgen niet naar de stad hoefde te gaan. Zou het niet prettig zijn om de hele nacht samen te zijn voor gebed en daarna de hele dag de Schriften te onderzoeken? Zeker zou dat fijn zijn, maar de Heere heeft het niet zo geregeld. U moet met uw zaken bezig zijn, daarom moet u gewone kleren aantrekken. En maak uzelf er niet minder gelukkig om, want u hebt de gelegenheid om uw geloof te tonen in uw dagelijks leven.
Volledig in Zijn dienst
“Alles goed en wel,” zegt iemand. En dit hoor ik vaak. “Maar ik geloof dat ik altijd met Christus zou zijn, als ik gewoon uit mijn werk zou kunnen stappen en mij volledig aan de dienst van de Heere zou kunnen wijden.” En u denkt dat het vooral zo zou zijn als u predikant zou zijn. Natuurlijk heb ik niets tegen de bediening van het evangelie. Als de Heere u daartoe roept, gehoorzaam dan en wees dankbaar dat Hij u in de bediening heeft geplaatst. Maar als u denkt dat u dichter bij Christus zult zijn door alleen in de bediening te werken, vergist u zich. Ik durf te zeggen dat er vanmorgen, na mijn preek, net zoveel problemen van andere mensen naar mij werden gebracht als dat bij de meeste mensen in een maand gebeurt. Wij moeten omgaan met ieders zorgen, twijfels, behoeften aan comfort en advies. Ook in de dienst van de Heere zult u overweldigd worden door de vele dingen die u moet doen. Het is heel makkelijk om de Meester zelf te verliezen in het werk voor de Meester. Wij hebben veel genade nodig, zodat we niet in onze bediening de focus op Christus verliezen. U kunt met Christus wandelen en een winkel hebben. U kunt met Christus wandelen en boodschappen verkopen. U kunt met Christus wandelen en een arbeider zijn. U kunt met Christus wandelen en schoorsteenveger zijn. Ik zeg zonder aarzelen dat u, door Gods genade, in welk beroep dan ook met Christus kunt wandelen, zolang het een eerbaar beroep is. Het zou een grote vergissing kunnen zijn om te denken dat u meer met Christus zou zijn als u zendeling werd, of in de Bijbelverspreiding werkte, of als colporteur of kapitein in het Leger des Heils werkte. Blijf bij uw werk. Als u schoenen goed kunt poetsen, doe dat dan. Als u niet geschikt bent om te prediken, doe dat dan niet.
“Och,” zegt iemand, “ik weet wel hoe ik met Christus zou willen zijn.” Ja, ik begrijp het, u zou graag in de hemel willen zijn. Het is een bewonderenswaardige wens om met Christus te zijn, want dat is veel beter dan hier! Maar bedenk, het kan ook een zelfzuchtige wens zijn, een zondige wens, als deze te ver doordrijft. Een heilige man werd eens door een mededienaar van Christus gevraagd: “Broeder, hebt u geen verlangen om naar huis te gaan?” Hij antwoordde: “Wat bedoelt u daarmee?” Ik vraag u, wilt u niet graag naar huis? En hij kreeg dit antwoord: “Laat mij u een vraag stellen. Als u iemand in dienst had en die man zei al op woensdag: ‘Ik wens dat het al zaterdag was’, zou u zo iemand dan graag in dienst houden?” De ander vond dat iemand die altijd naar zaterdag uitkijkt, wel wat geduld verdiende. U weet wel hoe iemand zich gedraagt die altijd uitkijkt naar de weekeind, toch? U hebt geen spijt als zo’n persoon zijn werk voor zaterdag al verlaat, want zo’n persoon deugt niet voor het werk. Heb ik het recht om te wensen naar de hemel te gaan, als ik hier nog iets voor u kan doen? Is het niet meer hemels om hier te zijn en voor God te werken dan daar in de hemel? Verlang om te gaan wanneer de Heere het wil, maar als blijven in dit leven meer voor de kerk en de wereld betekent, en meer tot Gods glorie, bedwing dan uw verlangen en erger u niet als de Heere zegt, zoals in onze tekst: “Maar Jezus liet hem niet toe.” Toch is het een heerlijke zaak om met Jezus te zijn.