Zijn weg werd door een donker dal geleid.Â
Hij vastte, waakte, ging zichzelf kastijden,Â
om te voldoen aan Gods gerechtigheid,Â
die hij verwerven zou door zelf te lijden.
Â
De onrust bleef, zijn ziel werd niet bevrijd,Â
al zou hij alle zonden ook vermijden.Â
Hij was tot elke marteling bereid,Â
maar vond in al zijn kwelling geen verblijden.
Â
Toen heeft een hemels licht zijn ziel geraakt.Â
Hij zag, een nieuwe weg lag voor hem open.Â
Hij was uit diepe sluimering ontwaakt.
Alleen het heil door Christus deed hem hopen.Â
Â
Zijn Middelaar kwam om hem vrij te kopen.Â
God leerde hem, zijn tong werd wel bespraakt.Â
Nu moest hij van dat heil in Christus spreken.Â
God was door goede werken niet voldaan.Â
Hij schouwde in de kerk zoveel gebreken,Â
en ging de stukken aan de kerkdeur slaan.
Â
De paus zou zich op deze monnik wreken:Â
De kloosterling werd in de ban gedaan.Â
De moederkerk verbood zijn ketters preken,Â
maar krachtig brak de oude leer zich baan.
Â
Mocht nu de kerk weer uit haar slaap ontwaken,Â
dat ’s Heeren Woord weer in het centrum stond,Â
en dat herauten riepen van de daken:Â
Het Woord alleen, dat is het veiligst baken,Â
’t Vermag door ’s Heeren Geest ons wijs te maken.Â
Het heil in Christus is de vaste grond.
Â
John Newton: Ik stond bij ‘t kruis
De dichter van het bekende lied ‘Amazing grace’, schreef nog een ander gedicht. Hierin plaatst hij de lezer aan de...