Jezus zegt: ‘Blijf in Mij, en Ik in u.’ Hoe moeten we dit lezen? Is dit voorwaardelijk? Als je in Mijn blijft…dan… Is het een vergelijking? Zoals je in Mij blijft, blijf ik in jou… Nee, hier is sprake van een opdracht: blijf in Mij, en Ik in u. Het gaat hier om gemeenschap met Christus.
Delen in Christus
Geen tak heeft leven in zichzelf. We zijn geheel afhankelijk van de wijnstok. ‘De levende tak is werkelijk in de wijnstok, het leven van de wijnstok werkelijk in de tak.’ (Carson). Men is afhankelijk van de wijnstok. Zonder Hem kan men niets doen.
Het gaat hier om de gemeenschap met Christus. Voor de reformatie leefden veel christenen in geloofsonzekerheid, vanwege de leer van de kerk. Hoewel er sprake zou zijn van genade, moest men door middel van de heiliging een prestatie leveren die zichtbaar maakte dat men werkelijk geheiligd is. Wat men hiermee doet is aangrijpend. Men deelt Christus in tweeën. Hij is dan wel degene die je rechtvaardigt, maar de heiliging moet je zelf aan zien te pakken.
Dit denken is niet ver weg, het is ook onder ons. Jezus heeft iets gedaan voor mij, nu moet ik bewijzen dat ik genoeg doe voor Hem. Dan gaan we aan het werk. We gaan presteren. Tegen elke prijs gaan we het waarmaken. Als dit vervolgens niet lukt, zijn we danig uit het veld geslagen. Is het allemaal wel echt geweest? Ik breng immers weinig tot geen goeds voort?
Christus is echter niet alleen onze rechtvaardigmaking, Hij is ook onze heiligmaking. Wie deelt in Christus, deelt niet alleen in de verlossing, maar ook in de heiliging. We ontvangen niet de halve Christus, maar de hele Christus. Terecht heeft Calvijn hier een punt van gemaakt in zijn Institutie. Wie gemeenschap heeft met Christus, deelt in Zijn rechtvaardigheid en in Zijn heiligheid. We worden met Hem overkleed. De Heere ziet ons zoals Hij Christus ziet. Smetteloos, zonder vlek of rimpel. In Christus rechtvaardig, in Christus heilig.
Liefde
Dit betekent dus dat de vrucht die wij dragen geen moeizaam opgebracht betaalmiddel zijn, om daarmee onze verlossing als het ware aan te vullen, of er iets mee terug te betalen. Nee, het is liefdedienst. Het draagt niets bij om te betalen, maar het is enkel dankbaarheid. De liefdedienst aan Hem, uit Wie wij leven. Hij stuwt zelf daarvoor de sappen in ons voort. Waar gemeenschap is met Christus kan het dus niet anders dan dat er vrucht volgt.
We zien in Johannes eerste zendbrief waar dit toe leidt. Gelovigen belijden hun zonden (1: 9), ongelovigen negeren ze (1: 8,10). Gelovigen gehoorzamen Gods geboden (2: 3), ongelovigen negeren ze (1: 8, 10). Gelovigen tonen liefde richting elkaar (2: 10), ongelovigen niet (2: 9, 11). Gelovigen gaan in een rechtvaardig pad (3: 6), ongelovigen niet (3: 9).
Gaat dit vanzelf? In de gemeente van Korinthe niet. Er blijkt sprake te zijn van nijd, twist en tweedracht. De één is van Apollos, de ander van Paulus. Blijkbaar heeft men correctie nodig.
Er is iets aan de hand als we onze eerste liefde hebben verlaten, zoals Johannes de gemeente van Efeze verwijt. Men dient zich te bekeren, de eerste werken weer te doen, anders zal dat het geheel van de gemeente raken. De kandelaar van het Woord dreigt weggenomen te worden.
Gemeenschap met Christus
We dienen ‘in’ Hem te blijven. Het werkwoord dat voor in Hem ‘blijven’ is gekozen, betreft ‘meno’. In Hem verblijven, wachten. Het gaat hier om blijven, voortduren. Het gaat hier om ‘zijn in’ Hem.
Hij leeft in omgang met ons, wij met Hem. De Heilige Geest stuwt de omgang met Hem in ons voort. Het is je diepste verlangen om Hem in alles te volgen. Je leeft uit Hem. Dit uit zich in liefde tot het Woord, het diepe besef dat je onderwijs nodig hebt. Het leidt tot gehoorzaamheid aan het Woord, het besef dat je gecorrigeerd dient te worden in je denken. Het leidt tot verlangen naar omgang met Hem. Uw Woord kan mij ofschoon ik alles mis, en hart en zinnen strelen.