Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Luister de podcast

maandag 18 september

Een misdadiger erkent Jezus als Koning (4)

De misdadiger die een leeg leven zonder God achter zich heeft liggen, verlangt nu naar een toekomst in gemeenschap met Hem. Het is als Paulus, die zei: ‘Want ik word van deze twee gedrongen, hebbende begeerte, om ontbonden te worden en met Christus te zijn; want dat is zeer verre het beste.’ (Fil. 1: 23). Met dit verschil, dat de misdadiger aan het kruis hangt in zijn wonden, door eigen schuld; en levensverwachting kreeg van de Man die naast hem hing. De Zaligmaker van de wereld. 

Verlangen

Hij verlangt ernaar ingezameld te worden tot God. Met hen die hem voorgingen. Zoals Hebr. 12: 23 het verwoordt: ‘Tot de algemene vergadering en de Gemeente der eerstgeborenen, die in de hemelen opgeschreven zijn, en tot God, den Rechter over allen, en de geesten der volmaakte rechtvaardigen’. Daar zal Hij met Abraham, Izaäk en Jakob, met Christus zijn. Daar zal hij delen in de eeuwige gelukzaligheid. Het is als Stefanus, die uitriep toen zijn einde naderde: ‘Heere Jezus, ontvang mijn geest.’ 

Het lichaam wordt afgelegd, als een tent. Petrus verlangde ernaar, vooruitblikkend: ‘Alzo ik weet, dat de aflegging mijns tabernakels haast zijn zal, gelijkerwijs ook onze Heere Jezus Christus mij heeft geopenbaard.’ (2 Petr. 1: 14). Paulus beleed dat zijn aardse huis ontbonden werd, in het besef te worden opgenomen in het gebouw bij God, voor eeuwig in de hemel. Voor hen die in Christus zijn, betekent het sterven een verhuizen naar de hemel. 

Misdadiger

De misdadiger vraagt om toegang tot het Koninkrijk, in het volste vertrouwen dat de Koning die naast hem hangt daartoe de deur kan openen. Hij is door het Joodse denken heengezakt en rust nu op Christus alleen. Uit de Joodse overlevering is een verhaal bekend over Rabbi Simeon ben Lakish. Hij studeerde veel in de Torah, in een grot bij Tiberias. Dagelijks kwam een pottenbakker hem daar water brengen, om te drinken. Op een keer ging deze man bij de rabbi zitten, om uit te rusten. Hij zei tegen hem: ‘Meester, weet je nog dat ik en jij samen naar school gingen? Jij was waardig om jezelf toe te wijden om de Torah te bestuderen, maar ik was onwaardig. Bid voor mij, dat ik met jou mag delen in de toekomende wereld.’ De rabbi antwoordde echter: ‘Hoe zou ik voor jou kunnen bidden, aangezien het jou lot te zijn om dan bij je vakgenoten te zijn? Want ze staan niet toe om iemand samen te leven, anders dan met zijn vakgenoten.’ Deze rabbi geloofde dat er een speciale plek in de hemel zou zijn voor rabbi’s en een speciale plek voor pottenbakkers. De Bijbel leert ons echter anders. In Gods toekomst delen geredde zondaren in het heil, vanwege Christus verlossende genade. De voormalige hoer, tollenaar, misdadiger en rabbi, zullen delen in het ene heil in Hem. 

Verlossende Woord

Vanaf het middelste kruishout klinkt het verlossende woord van de Zaligmaker: ‘Amen, zeg Ik u: Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn.’ Als de Heere Jezus van heden spreekt, dan gaat het niet over morgen. Zoals reeds blijkt in het begin van het Evangelie: ‘Namelijk dat u heden geboren is de Zaligmaker, welke is Christus, de Heere, in de stad Davids.’ (Luk. 2: 11) en Luk. 4: 21: ‘Heden is deze Schrift in uw oren vervuld.’ Of denk aan de geschiedenis van Zacheüs: ‘Heden is dezen huize zaligheid geschied, nademaal ook deze een zoon van Abraham is.’ (Luk. 19: 9)

De zaak van de misdadiger kan geen uitstel lijden. Jezus hangt in de spijkers en spreekt Zijn verlossende Woord uit over de misdadiger. Vandaag nog, wordt hij ingezameld tot Zijn Vader. Hij mag ingaan in de eeuwige rust. 

Luister deze blog als podcast

Lees verder over dit onderwerp

Oproep tot omkeer

‘En hij zal velen der kinderen Israëls bekeren tot den Heere hun God.’ (Luk. 1: 16) De laatste profeet Maleachi was de...