In iemand geloven betekent dat we ons vertrouwen op hem of haar stellen. Geloof in God betekent dat we te midden van de omstandigheden, tot Hem de toevlucht leren nemen. Het van Hem verwachten. ‘Door het geloof zijn de muren van Jericho gevallen, als zij tot zeven dagen toe omringd waren geweest. Door het geloof is Rachab, de hoer, niet omgekomen met de ongehoorzamen, als zij de verspieders met vrede had ontvangen.’ (Hebr. 11: 30-31)
Bewaard
‘Gaat in het huis der vrouw, der hoer, en brengt die vrouw vandaar uit, met al wat zij heeft, gelijk als gij haar gezworen hebt.’ (Jozua 6: 22). Het huis van Rachab staat nog overeind, te midden van de puinhopen van Jericho’s muur. Zij is samen met haar familie bewaard. Nadrukkelijk noemt Jozua haar ‘de vrouw, de hoer’. Zij staat symbool voor wat de Kanaänieten zijn. Een volk dat in zonde leeft, wiens grondhouding op gespannen voet staat met wat de Heere in Zijn wet tot norm stelt. Juist zij, de vrouw, de hoer, blijkt de ban te overleven. Uit genade.
Zij is daar in Jericho veilig, dwars door het oordeel heen. Terwijl alles om haar heen instort, staat haar huis rustig overeind. Niets of niemand kan haar deren, als de Heere dat niet wil. Hij laat haar na het gericht over Jericho ophalen en zij blijkt ongedeerd. De Heere staat in voor Zijn kinderen. Hij laat geen haar van hun hoofd vallen buiten Zijn wil.
Rachab heeft uitgezien naar dit moment. De komst van de verspieders, dat is al even terug. Al die tijd hing dat scharlaken koord aan haar venster. Het koord van Gods beloftewoord. Het teken van Gods goedertierenheid, Zijn standvastige liefde. Om Christus wil.
Verkiezing
In de Bijbel roept de Heere op tot geloof. Tegelijkertijd gaat daarachter de verkiezing schuil. Gods soevereine trekkracht, waardoor Hij zondaren brengt uit de duisternis tot het licht. Hij is de eerste, altijd. Naar wat voor mensen kijkt Hij daarbij om? Naar iemand van wie enige verwachting is? Naar iemand van wie het begrijpelijk is dat deze de toevlucht tot Hem neemt? Nee, de Heere neemt redenen uit Zichzelf. Alles is genade.
Eeuwen later zou Paulus aan mensen die zojuist vanuit het heidendom tot het geloof in Jezus Christus waren bekeerd, schrijven over de verkiezing in relatie tot het offer van Christus. ‘Gelijk Hij ons uitverkoren heeft in Hem, voor de grondlegging der wereld, opdat wij zouden heilig en onberispelijk zijn voor Hem in de liefde.’ (Ef. 1: 4) De Heere heeft van voor de grondlegging van de wereld de Zijnen in het oog gehad. Hij heeft lief, in de Geliefde. ‘In welke wij hebben de verlossing door Zijn bloed, namelijk de vergeving der misdaden, naar de rijkdom Zijner genade.’ (Ef. 1: 7)
Christus vormt volgens Calvijn de spiegel van onze verkiezing. Wie tot Hem de toevlucht neemt, vindt in Hem een Ontfermer. Een Zaligmaker. Een Verlosser.
Redding
Speciaal voor Rachab zond de Heere twee verspieders naar Jericho. Nu zendt de Heere door de hand van Jozua opnieuw de verspieders naar haar toe, om haar en haar familie op te halen. Zij is behouden.
Rachab wordt toegevoegd aan het volk Israël. Na een periode van afzondering wordt ze samen met haar familie opgenomen door het volk. Als proselieten. Haar geloofsdaad heeft gevolg voor de opvolgende generaties. Later is Rachab gehuwd met Salmon, zoon van Nahesson, en zij is de moeder geworden van Boaz, de man van Ruth, Mat. 1: 5. Ze komt in de geslachtslijn van Jezus te staan.
‘Pierson merkt op dat Jozua, Rachab de hoer behoudende en haar toelatende onder Israël, gehandeld heeft als een type van Christus, die hoeren en tollenaren in Zijn koninkrijk heeft toegelaten en ontvangen, Matt. 21: 31. Dan kan ook toegepast worden op de bekering van de heidenen.’ (Matthew Henry). Rachab vormt hier een toonbeeld van wat na de komst van Christus tot volle ontvouwing komt, namelijk het heil dat uitgaat naar de heidenen.