Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Luister de podcast

maandag 16 mei

Terug naar God (3)

De Heere neemt redenen uit Zichzelf om lief te hebben. Niet het gedrag van het kind vormt de aanleiding voor Vaders liefde, maar de liefde die de Vader heeft voor het kind. Het komt van God uit.

Thuiskomen

Efraïm kwam ver van huis tot bezinning. Lang leek hij onbereikbaar voor Gods spreken, maar nu is hij verlegen om genade. Dan blijkt de Heere genadig. De Heere kan met Efraïm niet doen zoals Hij met andere volken en steden deed. Hij kan hem niet vernietigen. Hij heeft hem lief. 

Opnieuw lijkt Jeremia 31: 16-20 een Oud Testamentische weergave van de gelijkenis van de verloren zoon. Let wel: Jezus gelijkenis van de verloren zoon. ‘En opstaande ging hij naar zijn vader. En als hij nog ver van hem was, zag hem zijn vader, en werd met innerlijke ontferming bewogen; en toe lopende, viel hem om zijn hals, en kuste hem.’ (Luk. 15: 20). 

Het gaat daarbij niet alleen om verloren zonen, maar ook om verloren dochters. In Jer. 31 roept de Heere afvallige dochters terug. Hij stelt ze als een jonkvrouw, dus als een maagd voor zich. Smetteloos, zonder zonden. De Heere ontfermt Zich over zonen en dochters. Waarom? Omdat Hij hen liefheeft. 

Nadat zij Zijn straffende hand voelden, keerden zij terug tot Hem. Soms lokt Hij in liefde, maar bij Efraïm was een stevige hand nodig. De Heere komt mensen tegen, drijft hen naar Zich toe. Maar het heeft een doel: om hen als verloren zonen thuis te halen, te omhelzen in Zijn liefde en ontferming.

Troetelkind

Is Efraïm voor Mij een dierbare zoon, is hij voor Mij niet een troetelkind? De Heere laat Zich nu in het hart blikken. Dan blijkt hoe hij aankeek tegen de opstandige Efraïm. Na alles wat gebeurd is, toont de Heere hem lief te hebben. Je kunt het woord ‘troetelkind’ ook vertalen met ‘lievelingskind’, een kind van vreugden. Denk daarbij ook aan Hosea 11: 1-4. Liefde gaat van God uit: ‘Ik heb u liefgehad met een eeuwige liefde, daarom heb Ik u getrokken met goedertierenheid…’ (Jer. 31: 3). 

Efraïm is niet uit Gods gedachten geweest. De Heere dacht voortdurend aan hem (Jer. 31: 20). Zijn ingewanden rommelden van barmhartigheid. Een diepe uitdrukking van emoties van barmhartigheid, vanwege Efraïm. De Heere zal zich zeker ontfermen. Het staat er als een dubbele uitdrukking: ‘ontfermende zal Ik ontfermen’. De Heere hunkert, verlangt naar Zijn kind. Hij heeft lief met onuitsprekelijke liefde. Door de Heilige Geest krijg je er oog en oor voor.

Liefde was het

De Heere was door Efraïm op het hart getrapt. Het was een tegenstribbelend kind. Maar Hij had en heeft het lief. De diepste reden voor Zijn liefde ligt niet in ons, maar in God zelf. Innerlijke bewegingen van barmhartigheid. Liefde was het, onuitputtelijk. 

Bij ons overheerst de vrees: hoe zal ik terugkeren tot de Heere? Met reden. Bij de Heere overheerst de liefde: ontfermende zal Hij Zich ontfermen. De liefde die de Heere had voor verloren zondaren drukte Hij uit in Zijn Zoon. 

Wij beseffen dat er vanwege het offer van Christus een weg terug naar de Heere is. De Heere had lief toen wij nog zondaren waren. Hij verzoend vijanden met Zichzelf. Rom. 3: ‘Want zij hebben allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods; En worden om niet gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus Jezus is.’ 

De liefde tot zondaren is vlees en bloed geworden in Gods Zoon, Jezus Christus. Waar Efraïm verbrijzeld had moeten worden, liet Jezus Zich verbrijzelen. De straf die ons de vrede aanbrengt, is op Hem neergekomen. Om dat opstandige kind te redden, schonk God Zijn eniggeboren Zoon, tot verzoening voor de schuld. Vanwege dit offer kan Hij opstandige kinderen nu aanspreken als lievelingskinderen. Amazing grace!

Luister deze blog als podcast

Lees verder over dit onderwerp

Oog krijgen voor wat ertoe doet (2)

Je kent met mij die grote plaat, van de brede en de smalle weg. ‘Gaat in door de enge poort; want wijd is de poort, en...

Oog krijgen voor wat ertoe doet (1)

‘Al deze dingen worden zo moede, dat het niemand zou kunnen uitspreken; het oog wordt niet verzadigd met zien; en het...

Christus spreekt armen zalig

Wie de Zaligsprekingen leest als een handleiding, die heeft het niet begrepen. We lezen in de eerste elf verzen van...