Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Luister de podcast

dinsdag 7 november

Ds. D.J. van Dijk: Christus de Herder (1)

Zendingspredikant ds. D.J. van Dijk bleef na een periode van uitzending door de GZB betrokken op het zendingswerk. Dit was merkbaar in zijn preken gedurende zijn periode als predikant in Sint Annaland. Het spreekt ook uit een meditatie over de woorden ‘Doch gaat heen, zegt Zijn discipelen en Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galilea.’ (Mark. 16: 7a) in het blad ‘Alle volken’ in 1961. 

Graf

Wanneer de engel aan het geopende graf spreekt tot de vrouwen, die het lichaam van de Heere Jezus willen gaan zalven, dan zegt hij eerst, wat de mensen Jezus aangedaan hebben, nl. „Die gekruisd was.” Hij laat er echter direct op volgen, dat Jezus is de Overwinnaar. De mensen mogen Jezus al in het graf leggen, zij kunnen Zijn overwinning niet tegenhouden. „Hij is opgestaan.” Hij is de Overwinnaar van het graf en van de zonde. „Zie, de plaats waar de mensen Hem gelegd hadden is leeg.” Alle mensenwerk is door Deze Overwinnaar aan kant gezet.

Boodschap

Maar de engel is nog niet klaar met zijn boodschap als hij Jezus als Overwinnaar heeft getekend. Hij spreekt ook van Jezus als de Herder en Verzorger der Zijnen. „Doch gaat heen, zegt Zijn discipelen en Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galiléa.”

Toen de Heere Jezus enkele dagen geleden gevangen – genomen werd, waren al de discipelen gevlucht. Zij lieten Jezus alleen achter in de handen van Zijn vijanden. En de discipelen werden verstrooid. Daarover hebben de vijanden zich verblijd. De Satan verheugt zich altijd in het uiteengaan van wat bij elkander hoort. De zonde verscheurd altijd. De zonde verbreekt wat bijeen hoort. De verdeeldheid der Christenen is tot blijdschap van al de tegenstanders van Christus. De vijand laat nooit na verdeeldheid te zaaien. En dat zaad der verdeeldheid ontkiemt goed en groeit welig.

Bijeen

Maar Christus zal, wanneer Hij opgestaan is uit de doden, Zijn discipelen bijéénvergaderen. Hij zal ze om Zich heen verzamelen. Het door de zonde verscheurde wil Hij helen. Het verbrokene wil Hij helen. Daarom komt de boodschap van de engel tot de vrouwen: „Zegt Zijn discipelen en Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galiléa.”

Christus alleen kan de ware éénheid weer schenken. Wij mensen, zelfs de discipelen van Jezus, maken alle eenheid stuk. Wij mensen kunnen, wat door de zonde verbroken is, niet helen. Alle gemaakte eenheid van ons mensen brengt geen ware eenheid. Jezus, als de Enige ware Herder, verzamelt al de Zijnen weer bijeen. Hij gaat dan ook vóór. Hij is dus ook het Middelpunt van de ware eenheid. Daarom is alle eenheid waarvan Christus niet het middelpunt is geen ware eenheid. Hij is het die Zijn gemeente vergadert. Het verstrooide en afgedwaalde zal Hij weer bijeenbrengen. Het was hun ontrouw, hun zonde, hun zwakheid, waardoor zij Hem loslieten.

En als ze Hem kwijt zijn is ook alle eenheid verdwenen. Zou dat misschien de oorzaak zijn van de grote verdeeldheid van vandaag, dat we Jezus uit het oog verloren hebben? Zonder Jezus is er geen overwinning over de dood en over de zonde. Maar zonder Jezus is er ook geen ware eenheid.

Verzamelen

Wanneer Christus de zonde verzoend heeft en Zijn vijanden overwonnen heeft en door de opstandingskraoht het graf gesloten heeft, dan gaat Hij de verdwaalde en afgedwaalde discipelen weer bijeenroepen: „zegt Zijn discipelen en Petrus, dat Hij u voorgaat naar Galiléa”. Ze moeten gaan verzamelen. Hij gaat hen vóór. Daar op die verzamelplaats zullen ze Christus weer ontmoeten. Zijn opzoekende liefde laat de discipelen niet in de verstrooiing. O, naar recht had Hij die discipelen aan hun lot kunnen overlaten. Dan waren zij verstrooid gebleven.

Nooit zou er één zalig zijn geworden. Maar zie hier de grote liefde van deze opgestane Herder. Hij gaat ze voor naar Galiléa.

Luister deze blog als podcast

Lees verder over dit onderwerp

Abrahams’ offer (2)

„Neem uw zoon en offer hem aldaar op één der bergen, die Ik u zeggen zal". Offeren! Mijn zoon offeren. Een...

Abrahams’ offer (1)

‘En het geschiedde na deze dingen, dat God Abraham verzocht, en Hij zeide tot hem: Abraham! En hij zeide: Zie hier ben...

Filippus en de kamerling (4)

„En alzo zij overweg reisden, kwamen zij aan een zeker water, en de kamerling zeide: Zie daar water, wat verhindert...