Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Luister de podcast

dinsdag 8 november

Ds. D.J. van Dijk: Volgen! (1)

Op 25 april 1954 legde een groep jongeren in Sint Annaland belijdenis van het geloof af. Ds. D.J. van Dijk preekte over Joh. 21: 22c: ‘Volg gij Mij!’ Ruim een jaar na de ramp van ’53 mochten deze jongeren hun ja-woord geven. De preek van toen vormt een spiegel voor vandaag. 

Nieuwe lidmaten

Ds. D.J. van Dijk zette de preek bij de bevestiging van nieuwe lidmaten in met een persoonlijk woord, om vervolgens de tekst uit te werken. In een aantal afleveringen volgen wij hem op de voet: ‘De bevestiging van nieuwe lidmaten is altijd weer een belangrijke dag voor een gemeente. Aan de opkomst is het bijna altijd al te merken, dat er iets bijzonders staat te gebeuren. En het is ook van belang. De bevestiging van nieuwe lidmaten geldt wel allereerst de nieuwe lidmaten zelf. Want het is een grote zaak, wanneer er nog weer jonge mensen zijn, die het openlijk voor God en de gemeente willen uitspreken, dat het leven zonder de Drie-enige God niet goed is. 

Maar niet alleen de nieuwe lidmaten en hun familieleden zijn erbij betrokken, maar evengoed de hele gemeente. Het moet een rede tot verheuging zijn, wanneer er weer een groep jonge mensen de Naam van de Heere wil belijden.

De wereld doet immers ook haar best om jonge mensen mee te trekken van God af. En de vorst van de duisternis is er ook die zegt: wat heb nu aan dat belijdenis doen? En de wereld zegt immers ook: “als je belijdenis gedaan hebt, dan mag dit niet meer en mag dat niet meer. Doe dus geen belijdenis.”

Gebed

Het belijdenis doen is geen gemakkelijke zaak. We moeten niet menen dat we in eigen kracht de wegen van de Heere kunnen bewandelen. Niet met eigen wijsheid de vijanden kunnen bestrijden. Aan het rechte belijden is veel strijd en zijn veel moeilijkheden verbonden. Daarom mag er in het midden van de gemeente wel veel gebed zijn voor deze nieuwe lidmaten. Zij, en wij allen, hebben nodig de leiding van Gods Woord en Geest. 

Wij willen vanmorgen luisteren naar wat het kost om de Heere Jezus te volgen. Ons tekstwoord vindt u in Johannes 21: 22c: “Volg gij mij”. Het is u bekend dat de Heere Jezus dit Woord gesproken heeft tot Simon Petrus. Zo even had de Heere aan Petrus gevraagd: “Simon, Jonas zoon, hebt gij Mij lief?” En Simon had geantwoord, ofschoon het leven het tegengesproken had, uit de drang van zijn hart: “Heere, Gij weet alle dingen, Gij weet, dat ik U liefheb.” Daarna sprak de Heere van de taak die Petrus te verrichten zou krijgen: “Weid Mijn schapen.” 

Volgen

Dan zegt de Heere, wat Petrus te wachten staat, welke toekomst hij tegemoet gaat: “maar wanneer gij zult oud geworden zijn, zo zult gij uw handen uitstrekken, en een ander zal u gorden, en brengen, waar gij niet wilt.” Tot hiertoe had Petrus zichzelf gegord, was gegaan de weg, die hij wilde; en had gedaan, wat hij graag wilde. Maar straks zal hij gebracht worden, waar hij nooit uit eigen vrije wil zou zijn heengegaan. Met dat woord heeft de Heere hem gezegd, dat hij door zijn dood God verheerlijken zou. Langs een weg van donkerte en veel moeilijkheden zou Petrus moeten gaan. Zo moet Petrus de Heere Jezus volgen. Volgen, dat is niet voorop gaan. Volgen, dat is achter een ander aanlopen. Volgen, dat is zich geheel onderwerpen aan Hem, die voor gaat. Dat moet Petrus doen.

Maar dan is er nog iemand, die ook meegaat. Petrus kijkt achterom, wie dat is. Hij ziet, het is Johannes. En Petrus zegt: “Heere, wat zal deze?” Met andere woorden: Heere, wat zal de toekomst van hem zijn? Jezus antwoordt: “Indien Ik wil, dat hij blijve, totdat Ik kom, wat gaat het u aan. Volg gij Mij.” De Heere wil zeggen, Petrus, daar zijn dingen waar je niet mee te maken hebt. Je hebt genoeg met jezelf te doen. En wat je moet doen, dat is volgen. “Volg gij Mij!”.

Luister deze blog als podcast

Lees verder over dit onderwerp

Filippus en de kamerling (3)

Wat las de kamerling uit Candacé in de profetieën van Jesaja? Ds.W.L. Tukker gaat daarop in, bij zijn meditatie over...

Filippus en de kamerling (2)

‘Die man had een boekrol bij zich van Jesaja. En daar zat hij op reis in te lezen. Hij was al in Jesaja 53!’ Aldus ds....

Filippus en de kamerling (1)

‘Voor ons ligt de allerbekendste geschiedenis van Filippus en de Moorse kamerling. Moge de Heere ook de bekende delen...