Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Luister de podcast

vrijdag 15 september

Ds. J. van Sliedregt over bevel en belofte rondom het Heilig Avondmaal (3)

Ds. J. van Sliedregt (1914-1973) wijst op het belang van voorbereiding op het Heilig Avondmaal. Wat in de weg staat, moet opgeruimd: ‘Nu kunnen er omstandigheden zijn, die het geweten verbieden het bevel van de Koning op te volgen, om de eenvoudige reden, dat het koninklijk bevel inhoudt, dat die omstandigheden eerst uit de weg geruimd worden.’

Van binnen of van buiten

Ze kunnen van innerlijke aard zijn, b.v. het gevallen zijn in een zonde of het blijven koesteren van een zonde. Ze kunnen ook van uitwendige aard zijn. b.v. het in onmin leven met onze naaste, zonder dat wij tegenover hem de onderste weg zijn gegaan; of nog erger: het in onverzoende houding leven met een broeder of zuster, zonder dat wij van onze zijde in ootmoed waarlijk er naar gestaan hebben om tot een oplossing te komen. Maar dan hebben vanwege het bevel deze omstandigheden in ons hart te worden tot een brandend vuur, zodat ze ons niet met rust laten en ons opjagen.

Het is dan ook maar een vreemde en onnatuurlijke zaak als stil, in valse lijdelijkheid, maar afgewacht wordt, of het de Heere mag behagen de weg tot de Tafel te openen. Dan houdt een ziel zichzelf op de been met de schijn-ootmoedige, doch in werkelijkheid hoogmoedige verklaring, dat de weg toch maar door de Heere moet worden gebaand.

Bevel

Nee, het bevel van de Koning werpt ons overhoop, zodat we geen adem meer kunnen halen. Dan verstaan we pas iets van de ware lijdelijkheid, die volslagen afhankelijkheid is in verootmoediging. En zegt er nu iemand zo tussen door: Maar dat moet je ook gegeven worden, dan antwoord ik hem: Hebt u dat aan Jezus’ voeten geleerd? Indien ja, dan kun je het onmogelijk handhaven als tegenspraak op hetgeen ik boven schreef. Indien niet, zo maakt u van de waarheid een leugen, die u ten verderve voert. God zal onze geweven spinnewebben van verontschuldigingen vaneenscheuren, en we zullen naakt staan in het verschrikkelijk gericht Gods.

Het moge duidelijk zijn, dat we met het elkaar wijzen op het bevel van Sions Koning beogen dat de godvrezenden er werkzaam mee hebben te zijn en te worden, opdat allerlei stof van de dorsvloer worde geveegd en in onze ziel in verootmoediging honger en dorst gewekt worden.

Belofte 

Aan het bevel is de belofte verbonden, namelijk ..dat zijn lichaam zo zeker voor mij aan het kruis geofferd en gebroken en zijn bloed voor mij vergoten is, als ik met de ogen zie. dat het brood van de Heere mij gebroken en de drinkbeker mij meegedeeld wordt, en dat Hij zelf mijn ziel met zijn gekruisigd lichaam en vergoten bloed zo zeker tot het eeuwige leven spijst en laaft, als ik het brood en de drinkbeker van de Heere (als zekere waartekenen van het lichaam en bloed van Christus) uit de hand van de dienaar ontvang en met de mond geniet.”

Zoals ’t bevel geadresseerd is, zo is nog meer de belofte geheel persoonlijk gericht. Juist het sacrament wijst op de persoonlijke toe-eigening van het heil door de Heilige Geest.

Daarop kan het geloof alleen in verwondering en aanbidding belijden: Hij voor mij, waar ik anders de eeuwige dood had moeten sterven.

Luister deze blog als podcast

Lees verder over dit onderwerp

Abrahams’ offer (2)

„Neem uw zoon en offer hem aldaar op één der bergen, die Ik u zeggen zal". Offeren! Mijn zoon offeren. Een...

Abrahams’ offer (1)

‘En het geschiedde na deze dingen, dat God Abraham verzocht, en Hij zeide tot hem: Abraham! En hij zeide: Zie hier ben...

Filippus en de kamerling (4)

„En alzo zij overweg reisden, kwamen zij aan een zeker water, en de kamerling zeide: Zie daar water, wat verhindert...