Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Luister de podcast

vrijdag 11 november

Ds. L. Kievit: Ik weet mijn Verlosser leeft (1)

In een meditatie verbindt ds. L. Kievit (1918-1999) woorden van Job aan ons persoonlijke leven: ‘Want ik weet, mijn Verlosser leeft en Hij zal, de laatste, over het stof op­ staan.’ (Job 19: 25) In deze geschiedenis spreekt God het beslissende woord. 

Ontdekking

‘Mijn Verlosser! De klemtoon valt op: Verlosser. Wij verleggen die niet. Toch kan ik mij voorstellen dat u dat ‘mijn’ benadrukt. Niet zonder reden. Hoe weet ik dat? Job wist het ook niet, één, twee, drie. Dat is geen antwoord. Hoe dan? 

Wanneer kwam hij tot die bevrijdende en verblijdende ontdekking? Toen hij niet pleiten kon in eigen zaak. Dat was het. Daar was de Heere; om de lijn door te trekken: daar is Christus. Hij stelt zich aan ons voor: Kan Ik iets voor u doen. Hij wordt ons, als verdediger, toegevoegd door de Vaderl Wij hebben geen aandacht voor Christus, als we onze zaak, luchthartig of zwaarwichtig, denken te winnen. Als we geen verweer meer hebben, als er niemand is die wij te hulp kunnen roepen, dan, o wondere verrassing is Hij er. Op tijd en van pas. Ik weet. Ik weet in wie ik geloofd heb, roemt Paulus. Ik weet, dat Christus leeft. We gaan de grote feesten meevieren.

Ook voor mij

Mijn verlosser leeft. God gaf hem aan een ellendig en arm volk, dat geen rechtsbijstand kan bekostigen. Hij zorgt ervoor, om niét. De Heilige Geest legt de band: mijn. Hij is het niet alleen voor anderen, maar ook voor mij. Had Job eerst geklaagd: ik weet, dat het zo is: hoe zou een mens rechtvaardig zijn voor God, nu spreekt hij over een ander weten, Die twee hangen wel samen. Waar het eerste tot ons doordringt, daalde de nacht. Waar het tweede ons duidelijk wordt, straalt het licht! Mijn verlosser leeft. Het is de vroege morgen van de paasdag, het begint te lichten, en plotseling is daar, de zon!

En Hij zal, de laatste, over het stof opstaan, dat is Zich vertonen, het pleit voeren. Hij brengt Zijn verdiensten in het midden, zo in het midden dat God en mens met elkaar verzoend worden. Opstaan. De laatste, tenslotte. 

Laatste woord

Het kan lang duren; denk maar aan de eindeloze gesprekken met de vrienden. Dan neemt God het woord, als laatste. Dat is doorslaggevend. Het laatste woord spreekt mijn Verlosser: Ik heb verzoening gevonden. Al zou Job er niet meer zijn — stof is hij en tot stof keert hij weer — dan nog. Jobs ogen staren ver voor zich uit. De laatste. Als de vrienden uitgepraat zijn, als ik uitgeput ben: Hij zal.

Als God over het stof opstaat; als Hij ten laatste, het woord neemt en uitspraak doet, wat dan? Zo’n vraag kunt u niet omzeilen. Wij hebben niets in te brengen; waarom zie ik menigeen zo ijverig schrijven. Uw verdediging? U moest eerder uw veroordeling onderschrijven. Afzien van het woord, dat nooit het laatste woord kan zijn, omdat dat niet aan de verdachte, maar aan de rechter is. In de dag van de dagen. Als Christus terugkomt om te oordelen de levenden en de doden. Dat hangt als een dreigende wolk boven ons leven. Of Hem ken ik. Dat is mijn Verlosser. Zijn laatste woord zal mij zuiveren van elke blaam. Hij is mijn zaakwaarnemer, met Hem word ik niet beschaamd in die dag.’

Luister deze blog als podcast

Lees verder over dit onderwerp

De Zoon van God in het donker (2)

‘In het Aramees, in de volkstaal van die dagen, spreekt de Heere deze woorden: “Eli, Eli, lama sabachtani.” De...

De Zoon van God in het donker (1)

Ds. W.L. Tukker schreef in 1963 in het Gereformeerd Weekblad over het kruiswoord dat Jezus uitriep tijdens de drie...