Besef van schuld, doet vragen om genade. Waar zou je immers vergeving voor nodig hebben, als je geen idee hebt wat je misdaan hebt. Het feit dat we God niet de eer toebrengen die Hem toekomt, stelt ons schuldig. Concreet blijkt dit doordat we onszelf dienen in plaats van Hem. Wie oog krijgt voor God en zichzelf, beseft alleen vrede te kunnen vinden in het offer van Christus. De Heilige Geest werkt dit besef in het hart en doet vluchten tot Christus.
Rechtvaardig
Als wij denken over de toorn van God, dan denken we ten onrechte aan de grilligheid waarmee wij boos kunnen zijn. Onze boosheid is meestal een reactie op iets dat ons overkomt, waarbij wij vaak onevenwichtig reageren. Vaak moet je later erkennen; ik had geen oog voor het geheel en reageerde op een deel. De Heere is echter volmaakt, Hij ziet en weet alle dingen.
Bij mensen kan zowel liefde als boosheid leiden tot grensoverschrijdend gedrag. De Heere is echter van een andere orde. Hij is rechtvaardig. De Heere ziet kwaad niet door de vingers, maar reageert daarop. Overtuiging van zondigheid brengt bij mensen het besef met zich mee dat God rechtvaardig is in Zijn oordeel. Wie dit beseft ‘vlucht van God, tot God’ (Luther). Want het is deze rechtvaardig vertoornde God, Die Zijn Zoon gaf tot behoud van schuldige zondaren.
Schuldbesef
Volgens Hermann Friedrich Kohlbrugge (1803-1875) kan het besef van onze zondigheid leiden tot een dieperliggende overtuiging van Gods genade. Wat bedoelt hij? Hij zegt dat inzien hoe zondig je bent, ons kan bevrijden van het idee dat wij met ons ‘monnikachtige doen en drijven’ verder komen. We gaan volgens hem op eigen kracht niet vooruit, maar achteruit. Kohlbrugge: ‘Zij brengt ons ertoe dat wij inzien, dat de zonde te vast in ons zit, dan dat wij haar zouden kunnen uitrukken. En dat de bron van onze ellende te diep is, dan dat wij haar zouden kunnen leegscheppen.’ Wij kunnen ons volgens Kohlbrugge niet zelf uit de modder van de zonde omhoogtrekken. Het is immers onmogelijk om zelf één zonde te betalen, verzoenen of uit te wissen.Â
Dat breekt onze hoogmoed. We leren volgens Kohlbrugge niet langer te vertrouwen op eigen kracht. Kohlbrugge stelt dat de Heere Zijn genade toont bij iemand die zich verootmoedigt. Voor de Heere is niemand te zondig om vergeving te ontvangen. Kohlbrugge: ‘Die hoeren en tollenaars, moordenaars en echtbrekers die zichzelf aanklagen, in Zijn Rijk opneemt; meer dan trotse eigengerechtigden, die zich voor zo slecht en rampzalig niet houden.’ Wie beseft zondaar te zijn en Gods genade leert kennen, ervaart de troost van Zijn liefde. Volgens Kohlbrugge leidt dit tot blijdschap, loven en liefhebben.
Bloed
De Heere verheerlijkt volgens Kohlbrugge de macht van Zijn genade in ons. Het Woord van God verbreekt wat zich hard toont. De Heere vervult met Zijn ontferming en genade. De Heere doet geen half werk. Hij verlost volkomen.
Kohlbrugge: ‘Te weten, hoe groot onze zonde en ellende is, is ons dáárom zo noodzakelijk, omdat wij anders nooit de waarde van het dierbare bloed van Christus dat vloeide voor arme zondaren, de hele omvang van Zijn plaatsvervangend lijden en evenmin de volkomenheid van onze Borg zouden erkennen.’ De mate waarin we hier zicht op hebben, verschilt. Wie Christus leert kennen, beseft echter dat dit alleen door genade is. Wie veel vergeven is, heeft veel lief.
Leestip: Twaalf Twaalftallen Leerredenen, dr. H.F. Kohlbrugge (Wever, Franeker).