Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Luister de podcast

dinsdag 21 februari

Het geloof volgens Calvijn: door Christus gerechtvaardigd (4)

Het zien op Jezus, is voor Calvijn waar het bij geloven om gaat. ‘Hij is ons door de Vader gezonden, opdat wij in Hem het eeuwige leven zouden ontvangen.’ 

Catechismus

De Heere zond Zijn eigen Zoon, om zondaren te verlossen. Door Hem, kennen gelovigen de Vader. Calvijn legt in zijn catechismus uit dat het geloof zich op Jezus richt. 

Uitleg

Calvijn legt uit: ‘Omdat Christus het onveranderlijke Voorwerp van ons geloof is, kunnen wij op geen andere manier ondervinden, wat wij door het geloof ontvangen, dan doordat wij op Hem zien. Hij is ons door de Vader gezonden, opdat wij in Hem het eeuwige leven zouden ontvangen. 

Jezus heeft gezegd: “Maar dit is het eeuwige leven, dat zij U, de alleen ware God, en die Gij gezonden hebt, Jezus Christus, kennen” (Joh. 17:3). En: “Die in Mij gelooft, zal leven al ware hij ook gestorven” (Joh. 11:25). Opdat dit vervult zal worden, moeten wij, die door de zonde bevlekt zijn, door Hem worden gereinigd, want niets dat onrein is, zal in Gods Koninkrijk toegang vinden. 

Daarom moeten wij deel aan Hem hebben, opdat wij, zondaren, voor de rechterstoel van God rechtvaardig blijken. Hebben wij onze menselijke gerechtigheid afgelegd, dan worden wij bekleed met de gerechtigheid van Christus en door de trouw van Christus gerechtvaardigd, wij die door onze daden onrechtvaardigen zijn. 

Want het is gezegd, dat wij door het geloof zijn gerechtvaardigd, niet omdat wij in onszelf gerechtigheid vinden, maar omdat de gerechtigheid van Christus ons is gegeven, alsof zij de onze is, terwijl onze eigen ongerechtigheid ons niet wordt toegerekend. 

Zo kan men in waarheid en in één woord deze gerechtigheid de vergeving van de zonden noemen. Dat zegt de apostel Paulus beslist zo vaak hij de gerechtigheid van de werken vergelijkt met de gerechtigheid van het geloof en leert dat de ene door de andere wordt vernietigd (Rom. 10:3 en Filipp. 3:9). 

In de geloofsbelijdenis belijden wij op welke manier Christus ons deze gerechtigheid heeft verworven en waar zij op berust. In deze belijdenis staat alles, waarop ons geloof gegrond en gebouwd is in samenhang weergegeven.’

Luister deze blog als podcast

Lees verder over dit onderwerp

Filippus en de kamerling (4)

„En alzo zij overweg reisden, kwamen zij aan een zeker water, en de kamerling zeide: Zie daar water, wat verhindert...

Filippus en de kamerling (3)

Wat las de kamerling uit Candacé in de profetieën van Jesaja? Ds.W.L. Tukker gaat daarop in, bij zijn meditatie over...

Filippus en de kamerling (2)

‘Die man had een boekrol bij zich van Jesaja. En daar zat hij op reis in te lezen. Hij was al in Jesaja 53!’ Aldus ds....