Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

Beluister de podcast op   Logo Spotify podcast   Logo Itunes podcast

dinsdag 29 december

Kracht vanuit Christus dood

‘Kan er kracht uitgaan van iemands dood, van iemands offerdood?’ Volgens ds. W.L. Tukker wel. Hij doelt dan op Christus. ‘Christus’ lijdend sterven aan het kruis is eigenlijk een al maar wegebben van het leven. Gaat daar kracht vanuit? Ja zeker! En Christus’ dood, Zijn gestorven zijn, gaat dan ook daar kracht van uit? Ja.’ 

Kruisdood

‘Zo zeker als de Heere Jezus door de kracht van Zijn Godheid uit de doden opgestaan is, dan al er in Zijn dood nog levenwekkende kracht uitgaan.’ Ds. W.L. Tukker refereert aan de profeet Eliza. Toen lang na zijn dood een gestorvene zijn beenderen raakte in het graf, stond deze op. Bij Christus gaat het echter over meer. ‘Hier wordt nog een ander nut uit Zijn dood gekregen, namelijk dat van de zelfofferande van de kerk, namelijk in dankbaarheid.’ Mensen komen door zijn dood dus niet alleen tot leven, maar krijgen zelf ook de bereidheid om hun leven in Zijn dienst te stellen. 

Volgens Tukker gaat er kracht uit van de kruisdood van Christus. ‘Jezus’ kruisdood vraagt de kruisdood van onze mens. Daar vraagt Hij niet om, maar die biedt Hij. Van Zijn kruisiging gaat zoveel kracht uit, dat wij de moed, de lust en ook de kracht ontvangen om onze oude mens te kruisigen, met Hem te kruisigen. Als het discipelschap meebrengt het kruis op zich te nemen en hem na te volgen, dan betekent dat niet alleen dat kruis wat te dragen, maar Hem na te volgen in het doden van onze oude en zondige natuur.’ Tukker verwijst naar de catechismustekst: ‘Dat door Zijn kracht onze oude mens met Hem gekruisigd, gedood en begraven wordt, opdat de boze lusten van het vlees in ons niet meer regeren.’ 

Schuldig

God oordeelt met recht over de zonden. Dat raakt de zondaar, maar dus ook de Borg. Mensen dienen eerlijk te worden als het gaat om hun zondigheid, voor het aangezicht van de wet. Tukker: ‘Dat is heel wat, als een mens zichzelf schuldig verklaart, des doods schuldig. Dat vraagt ontdekking. Dat vraagt aan Gods kant te komen staan. Dan is onze zondige aard geen verontschuldiging meer, maar een beschuldiging. Ik doe verkeerd, want ik ben verkeerd. Ik ben des doods schuldig. Door deze genadekracht van Christus wordt ook die oude natuur aangevat, geboeid naar het kruis geleid, aan het kruis genageld.’ 

Tukker stelt dat wij te zachtzinnig omgaan met de oude mens. Wij verontschuldigen volgens hem het kwaad, dat ten diepste dodelijk is en ons moet doden. Tukker: ‘Onze oude mens moet gekruisigd worden – en dat kan… door Hem – door Zijn kracht.’ In krachtige woorden geeft Tukker aan dat wij de strijd aan moeten gaan met de boze lusten en onze hartstochten. Dat geeft een levenslange strijd. 

Woord

Dominee Tukker wijst op het Woord, als wapen in deze strijd. ‘In zo’n vrome woordenstrijd zijn wij doorgaans nog wel meesters. Dan weten wij wel hoe ’t niet moet en hoe het wel moet. Nee, dit is een strijd met het levend wapen, met het zwaard van het Woord. Dit vraagt kneveling van onze aard, dit vraagt wonding van onze lusten, dit vraagt doding van onze zonden. En dat, wat je nooit kunt en wat je nooit wilt, kan nu door Zijn kracht, door de kracht van Christus’ kruisiging, dood en begrafenis. Daar gaat kracht uit van Zijn kruis en evenzeer van Zijn graf. Dood je zonden maar met ernst, begraaf je zonden maar met vreugde. Je zult in dit alles meer dan overwinnaars zijn door Christus, die je krachten geeft.’ 

Leestip: Om treurigen te troosten, ds. W.L. Tukker (De Banier, 1991)

Lees verder over dit onderwerp

Filippus en de kamerling (3)

Wat las de kamerling uit Candacé in de profetieën van Jesaja? Ds.W.L. Tukker gaat daarop in, bij zijn meditatie over...

Filippus en de kamerling (2)

‘Die man had een boekrol bij zich van Jesaja. En daar zat hij op reis in te lezen. Hij was al in Jesaja 53!’ Aldus ds....

Filippus en de kamerling (1)

‘Voor ons ligt de allerbekendste geschiedenis van Filippus en de Moorse kamerling. Moge de Heere ook de bekende delen...